Bij Akkermans & Hunink Uitgevers is een bijzondere publicatie verschenen: Recht en persoon. Verkenningen in de rechtstheologie van Paul Scholten, onder redactie van Timo Slootweg en Bas Hengstmengel.

Het werk van Paul Scholten (1875-1946) verdient de volle aandacht van een ieder die zich beroepshalve of vanwege een wijsgerige of theologische belangstelling op de diepere grondslagen van het recht wil oriënteren. Zijn christelijk-existentiële beschouwingen zijn niet eerder aan een zo grondige studie onderworpen. De auteurs beogen in deze bundel het radicaal kritische karakter van Scholtens benaderingswijze meer inzichtelijk en aannemelijk te maken.

Titel: Recht en persoon
Subtitel: Verkenningen in de rechtstheologie van Paul Scholten
Redactie: Timo Slootweg en Bas Hengstmengel (Universiteit Leiden)
ISBN: 978 949 189 1007
Omvang: 248 pagina’s
Formaat: 155 x 240 mm
Bindwijze: genaaid gebrocheerd
Prijs: € 42,50 excl. verzendkosten
Bestellen: [email protected]

Aan deze uitgave werken verder mee:
Prof.dr. W. Balke
Mr.dr. Geerten Boogaard
Drs. Pieter Jan Dijkman
Mr.dr. Ds. Hélène Evers
Mr.drs. Harry Groenenboom
Dr. Bart Jan Spruyt
Mr. Gert Weerheim

Inzet van de bundel

De gerechtigheid is grondslag van het recht. Maar wat is gerechtigheid eigenlijk? ‘Athene’ en ‘Jeruzalem’ begrijpen die op onderscheiden wijze. De rechtstheologie van Paul Scholten (1875-1946), die in de hier gebundelde beschouwingen onderzocht en verkend wordt, maakt duidelijk dat de antieke opvatting daarvan, weliswaar heel invloedrijk is geweest, maar dat die uit zichzelf niet toereikend is daaraan recht te doen. De idealistische en natuurrechtelijke benadering van rechtvaardigheid, het ‘geloof’ aan een immanente onveranderlijke wetmatigheid in de kosmos en de menselijke ziel, voert tot allerlei abstracte beginselen die de existentiële nood van het menselijk leven negeren. De verantwoordelijkheid van de één voor de ander wordt verwaarloosd in een in zichzelf gekeerde, autonome rechtvaardigheid die, door het algemene criterium van de lex naturalis, de ander als persoon en naaste buiten beschouwing moet laten.

De beperkingen van de rationalistische, klassieke en moderne opvatting treden tegenwoordig steeds duidelijker aan het licht. Het belang van de alternatieve, Bijbelse en personalistische benadering – de gerechtigheid in de persoonlijke verbondenheid van Ik en Gij – dringt zich als nooit te voor aan ons op. Een post-moderne rechtsfilosofie die aan deze beperkingen tracht te ontsnappen, dient daarom goede notie te nemen van de bijzondere religieuze dimensie die Scholten bespreekt. Gerechtigheid is voor hem, de door God gewilde ‘gemeenschap der naasten’, die alleen in de vrijgevende liefde voor ‘de ander áls ander’ verwerkelijkt kan worden. Gemeenschap, de existentiële ontmoeting en de dialogische verhoudingswijze, zijn grond en doel van het recht. De goddelijke gerechtigheid impliceert ook dat ‘een ieder het zijne krijgt’, het onrecht bestraft en niemand benadeeld wordt; dat het Ik zichzelf rechtens ten opzichte van de ander kan handhaven. Bovenal echter, maakt die de concrete mens – als naaste – tot zorg van rechtsvinding en rechtsbedeling; een oneigentijdse maar onsterfelijke boodschap en opdracht.